Aspergillus Fumigatus schimmelinfectie
Aspergillus Fumigatus Antigeen (ASPFU uit serum) : Deze test meet de besmetting met de schimmel Aspergillus in serum.
Aspergillus fumigatus is een schimmel die zich vermeerdert door sporen. De schimmel kan groeien bij een temperatuur tussen 12-56 °C.
De schimmel kan bronchopulmonale allergische aspergillose veroorzaken bij mensen met een verzwakt immuunsysteem. Een spore kan uit gaan groeien bij 37 °C, de lichaamstemperatuur van de mens.
Bij gezonde mensen wordt deze schimmel door het immuumsysteem meestal snel onschadelijk gemaakt.
Aspergillus fumigatus komt overal in het natuurlijke milieu voor en kan ook gevonden worden in de neus, keel en slokdarm van gezonde mensen. Blootstelling aan Aspergillus fumigatus bij mensen met een verminderd immuunsysteem kan aspergillose veroorzaken; een infectie van de long. Vooral leukemiepatiënten met beenmergtransplantatie hebben een verhoogd risico. Ziekteverschijnselen zijn koorts, zwakheid, pijn in de borst, onverklaarbaar gewichtsverlies, hoofdpijn, hartruis, bloed in de urine of afwijkende urinekleur en rechte, smalle lijntjes van kapotte bloedvaatjes onder de nagels. Aspergillus fumigatus is ook de veroorzaker van de ziekte bij broed van de honingbij, waarbij het broed gemummificeerd wordt.
Als de titer lager is dan 1:80 is de uitslag goed.
Als de uitslag op de 1:80 ligt is het een grensgeval en wordt verder getest op specifieke antistoffen tegen apergillus fumatus, als deze lager zijn dan 30 is er geen sprake van een besmetting met asperfillus. Als de uitslag hoger is dan 30 is er wel sprake van een besmetting.
Als de uitslag op de 1:80 ligt is het een grensgeval en wordt het aangeraden de test na 2 a 3 weken opnieuw uit te voeren om te kijken of de titer stijgt.
Meer dan 90% van aspergillose wordt veroorzaakt door A. fumigatus. De detectie van A. fumigatus-antistoffen of de significante toename van de titer wijst op een infectie. Na succesvolle therapie is er gewoonlijk een significante afname van de titer.